Vrij(en) in een tent….
Jos en Miriam, twee fervente motorrijders van zesentwintig jaar, hadden maar net op tijd de boot gehaald. Ze waren op hun felrode Ducati’s drie keer verkeerd gereden, omdat ze meer aandacht hadden voor elkaar dan voor de omgeving.
Eenmaal op het eiland waren ze samen met nog vier Ducati-rijders naar de camping gereden. Achter een woud van tenten hadden ze nog een plekje gevonden onder een boom. De belangstelling voor het festival dat acht dagen zou duren, was groot. Meer dan de helft van de kampeerders bestond uit motorrijders.
De twee onervaren kampeerders, die van beroep beiden vrachtwagenchauffeur waren, hadden de nodige moeite om hun tent op te zetten, maar na een half uur stond het koepeltje er strak bij. Ze pakten hun spullen en richtten de tent in. Het onmisbare, dubbele luchtmatras was bijzonder comfortabel. Ze bliezen het niet te hard op, zodat het net zo voelde als het waterbed bij Miriam thuis. Het was hun eerste vakantie samen en de plannen die ze hadden gemaakt voor de komende week, logen er niet om.
Miriam trok Jos naar zich toe en zei: “Kom bij me, snoes. Lekker.”
“Het is zeven uur”, zei Jos. “We moeten eerst eten.” Maar… hij liet zich overmeesteren door Miriam, die hem overal zoende, overal aanzat en Jos nogal opwond. Net toen Jos de rits van de tent dicht wilde doen, duwde Miriam hem weg en zei: “Oké, eerst eten.”
Jos keek haar lachend en hoofdschuddend aan en zei: “Jij weet ook niet wat je wil.”
“Jawel, maar dat lukt nooit in een half uur.”
Even later liep het smoorverliefde stel hand in hand naar het kampvuur, waar op enige afstand acht barbecues stonden te gloeien. Je moest maar zien dat je eten van de barbecues pakte, ook als je het er zelf oplegde. Het eten zat in de prijs van deze week vol activiteiten inbegrepen, maar opletten en toeslaan was het motto. De drankjes kon je aan de andere kant van het kampvuur halen bij een uitzonderlijk lange, van stammen in elkaar geknutselde bar. Drankjes moest je direct afrekenen.
Er stonden twee bands klaar om er een flink feest van te maken op deze prachtige camping.
Miriam en Jos aten vegetarisch, maar daar was in voorzien. Vegaburgers en Vegaschnitzels op een speciale barbecue, waar je ook sticks met groenten op kon leggen. Jos liep af en aan en verwende Miriam door haar van alles te brengen. Na het eten bleef hij drankjes halen, ook voor haar. Ze zat de meeste tijd dicht tegen hem aan, terwijl ze luisterden naar de muziek.
Het werd later en later en Miriam was het tegen twaalf uur zat. Ze had andere plannen en wilde met Jos naar hun tent. Maar Jos? Jos was in gesprek met de gitarist en de drummer van de eerste band, terwijl To Twelve, de tweede band, een cover van Kensington ten gehore bracht, All For Nothing. De meeste van de honderden jonge kampeerders zongen het refrein luidkeels mee.
Miriam pakte Jos beet, zoende hem en zei, terwijl ze hem vragend en verleidelijk aankeek: “Kom schat, we gaan. We hebben nog iets te doen.”
“Ik kom zo”, zei Jos.
Miriam gaf hem een kus, pakte hem bij zijn nek en zei dicht bij zijn oor: “Ik heb geen zin om te wachten.”
“Paar minuutjes, maak het bed maar warm”, zei Jos lachend.
Miriam liep naar de tent, kleedde zich uit, ging in de slaapzak liggen en wachtte. Nou ja wachten? Ze warmde zichzelf alvast een beetje op.
En Jos? Jos vergat alles en kletste met de een na de ander, dronk biertje na biertje, tot hij merkte dat hij geen geld meer bij zich had. Shit, dacht hij plotseling. Miriam! Hij stond op en liep in de richting van de tent. Het was aardedonker en hij aarzelde. Ze zou vast al slapen en als ze wakker werd zou ze verdrietig zijn, of boos. Na een minuut of vijf liep Jos langzaam verder. Ik zie het wel. Het komt altijd weer goed, dacht hij.
Voorzichtig deed Jos de rits open, sloop naar binnen en hoorde haar zachte ademhaling. Ze sliep, constateerde hij. Hij kleedde zich uit en ging naakt naast haar liggen. Je wist immers maar nooit. Hij kroop dicht tegen haar aan en deed zijn handen om haar heen. Plotsklaps draaide ze zich om, zoende hem hartstochtelijk, duwde hem achterover en kroop bovenop hem. Zo begon een wilde nacht, die Jos nooit meer zou vergeten. Leeg gevreeën, dommelden ze uiteindelijk weg.
Uren later werd Jos wakker en wreef de slaap uit zijn ogen. Het was al laat, want de zon scheen op de tent. Hij hoorde een motor wegrijden. Typisch het geluid van een Ducati, wist hij. Jos keek op zijn iPhone en zag dat het bijna tien uur was. “Miriam”, riep hij, “we zijn te laat.” Hij draaide zich om en vroeg zich af in welke verkeerde film hij terecht was gekomen. De vrouw die naast hem lag, haar armen uitstrekte en zei: “Kom”, was Miriam niet.
Facebook To Twelve, klik HIER.
Voor de bij dit verhaal passende cover “All for Nothing” door To Twelve, klik HIER.
Kensington, klik HIER.
Instagram To Twelve, klik HIER.
Vrijen en kamperen in een tent? Klik HIER.
11 gedachten over “Vrij(en) in een tent….”
Aj, hoe moet hij dit nu aan Miriam vertellen ….
Vrolijke vakantiegroet,
Moet hij dat? Kan dat nog? Is ze er nog? Aiaiai
prachtig geschreven. Leuk!!
Dankjewel
Oeps, zelfde verhaal, andere hoofdspelers???
Folkert Buiter, plagiaat of is het je schrijversnaam??
Verhaal geschreven als Meander, maar nu anders en als Folkert Buiter