Het Burgerschadeprotocol voor Groningen

Het Burgerschadeprotocol voor Groningen

Er is slechts 1 eerlijk schadeprotocol voor Groningen en dat is het Burgerschadeprotocol. Een protocol volledig gebaseerd op het Burgerlijk Wetboek en de Mijnbouwwet.

Alle schadeprotocollen, alle regelingen van bestuurlijke aard, zijn slechts bedoeld om de wet niet toe te passen. Om te voorkomen dat de Groningers krijgen waar ze recht op hebben. Privaatrecht daar draait het om en dat kunnen ministers en nationaal coördinatoren niet naar wens en behoefte bij- of ombuigen

Stop met claimen via het CVW, het is juridische onzin. Claim direct bij de NAM en laat zelf de schade bepalen. Geef de NAM geen ruimte, want zij veroorzaken de schade, willen daar mee doorgaan en willen er geen verantwoordelijkheid voor nemen.
De kosten voor het onderzoek dat nodig is, moeten ze toch betalen als u gelijk krijgt bij de rechter en dat krijgt u. Want…. waar in Nederland is er zoveel schade en dit type schade aan woningen, behalve dan in Groningen. Dat is bewijs genoeg. Andere oorzaken zijn overigens slechts relevant als door de NAM kan worden aangetoond dat die schade ook was opgetreden, indien er geen gaswinning was geweest.

De juridische kosten komen grotendeels wel voor uw rekening. Rechtsbijstand wordt bemoeilijkt. Waarom? Omdat u wel eens gelijk zou kunnen krijgen, sterker nog, u krijgt gelijk bij de rechter. Dat willen de huidige en nieuwe regeringspartijen koste wat het kost voorkomen. Zodra er uitspraken zijn van rechtbanken en gerechtshoven, is de dam van corrupte en illegale weerstand gebroken.
Werk samen in het voortraject, want als u gezamenlijk gelijk krijgt, dan is het opstellen van de individuele schadestaat pas daarna aan de orde.
Heeft u veel schade, meerdere eigendommen, ga dan zeker naar de rechter. Doet u dat niet, dan komt u altijd bedrogen uit met minstens een deel dat u zelf moet betalen.

Daarom hieronder het Burgerschadeprotocol. Toepasbaar in geheel Nederland.

Burgerschadeprotocol Mijnbouwschade

Burgerschadeprotocol

Dit Burgerschadeprotocol is gebaseerd op de Mijnbouwwet en het Burgerlijk Wetboek. Het is het schadeprotocol van de eigenaar en bewoners, die nadeel ondervinden van mijnbouwactiviteiten.

Onder vermoedelijke veroorzaker wordt verstaan de mijnbouworganisatie die mijnbouwactiviteiten in het gebied uitvoert. Het is de organisatie waarvan wordt vermoed, dat deze verantwoordelijk is voor schade en verantwoordelijk is voor het niet of onvoldoende uitvoeren van preventieve maatregelen.

Procedure Burgerschadeprotocol

  1. Er wordt schade geconstateerd aan een gebouwd object.
  2. De eigenaar en/of bewoner vermoedt dat er sprake is van Mijnbouwschade.
  3. Een huurder meldt de schade en het vermoeden van Mijnbouwschade bij de eigenaar.
  4. De eigenaar laat een bouwkundige of bouwkundig bureau de schade onderzoeken op omvang, oorzaak en causaal verband tussen de schades.
  5. De bouwkundige verricht het gevraagde onderzoek volgens de daarvoor algemeen geldende normen en schakelt andere experts in, indien dat nodig is.
  6. De bouwkundige beoordeelt de schade vanuit het perspectief van herstel. De bouwkundige beoordeelt welke preventieve maatregelen er nodig zijn om nieuwe schade, of herhalingsschade te voorkomen.
  7. De bouwkundige bepaalt de kosten van herstel en preventie.
  8. Mocht schadeherstel en/of preventie niet meer mogelijk zijn, dan bepaalt de bouwkundige samen met een onafhankelijke makelaar de oorspronkelijke waarde en de geleden schade. Tevens worden de kosten van gelijkwaardige vervangende nieuwbouw bepaald.
  9. De bouwkundige legt zijn bevindingen onderbouwd met argumenten, verwijzingen, foto’s en tekeningen vast in een schaderapport.
    Het rapport maakt onderscheid in Mijnbouwschade en schade die zonder de effecten van de Mijnbouw ook zou zijn opgetreden binnen hetzelfde tijdsbestek.
  10. De bouwkundige voegt zijn factuur bij het rapport.
  11. De eigenaar stuurt het rapport en de factuur van de bouwkundige, met een brief en een schadeclaim, inclusief sommatie om te betalen naar de vermoedelijke veroorzaker van de schade.
  12. De vermoedelijke veroorzaker van de schade neemt contact op met de eigenaar om afspraken te maken over het betalen van de schade en de gemaakte kosten.
    Indien de vermoedelijke veroorzaker het niet eens is met de schadeclaim, maakt de vermoedelijke veroorzaker een afspraak met de eigenaar om een eigen bouwkundige de schade te laten onderzoeken. Dit onderzoek wordt verricht in aanwezigheid van de opsteller van het schaderapport en betreft de onderdelen die in het schaderapport worden vermeld.
  13. De bouwkundige van de vermoedelijke veroorzaker verricht het gevraagde onderzoek volgens de daarvoor algemeen geldende normen en schakelt andere experts in, indien dat nodig is.
  14. De bouwkundige van de vermoedelijke veroorzaker beoordeelt de schade vanuit het perspectief van herstel en beoordeelt welke preventieve maatregelen er nodig zijn om nieuwe schade, of herhalingsschade te voorkomen.
  15. De bouwkundige van de vermoedelijke veroorzaker bepaalt de kosten van herstel en preventie.
  16. Mocht schadeherstel en/of preventie niet meer mogelijk zijn, dan bepaalt de bouwkundige van de vermoedelijke veroorzaker samen met een onafhankelijke makelaar de oorspronkelijke waarde en de geleden schade. Tevens worden de kosten van gelijkwaardige vervangende nieuwbouw bepaald.
  17. De bouwkundige van de vermoedelijke veroorzaker legt zijn bevindingen onderbouwd met argumenten, verwijzingen, foto’s en tekeningen vast in een contra-schaderapport.
  18. De bouwkundige kan, indien hij/zij het eens is met de constateringen uit het schaderapport van de bouwkundige van de eigenaar, aangeven akkoord te zijn en behoeft in dat geval geen eigen argumentatie te geven. Het rapport maakt onderscheid in Mijnbouwschade en schade die zonder de effecten van Mijnbouw ook zou zijn opgetreden zou zijn opgetreden binnen hetzelfde tijdsbestek
  19. De bouwkundige van de vermoedelijke veroorzaker stuurt het contra-schaderapport zonder factuur naar de eigenaar en naar de bouwkundige die het schaderapport heeft opgesteld.
  20. De bouwkundige van de vermoedelijke veroorzaker stuurt het contra-schaderapport met de factuur voor verrichte werkzaamheden naar de vermoedelijke veroorzaker.
  21. Indien er verschillen zijn in de conclusies en onderbouwingen van de bouwkundige die het schaderapport op heeft gesteld en de bouwkundige van de vermoedelijke veroorzaker, dan overleggen zij op initiatief van de eigenaar in aanwezigheid van de eigenaar van het object over die verschillen. Doel van het gesprek is om het gezamenlijk eens te worden over de te vergoeden schade, de te verrichten preventieve maatregelen.
  22. Indien er verschil van mening blijft bestaan tussen de eigenaar en de vermoedelijke veroorzaker over de door de vermoedelijke veroorzaker te betalen schade en de door de vermoedelijke veroorzaker te betalen preventieve maatregelen, wordt het gedeelte waarover men het wel eens op is, binnen 30 dagen uitbetaald door de vermoedelijk veroorzaker, inclusief de kosten van de bouwkundige die het schaderapport heeft opgesteld.Het gedeelte waarover men het niet eens is, wordt voorgelegd aan de rechtbank.
  23. Indien de rechtbank meer schadevergoeding toewijst, dan waar de vermoedelijke veroorzaker mee akkoord ging, betaalt de vermoedelijke veroorzaker alle juridische kosten. In alle overige gevallen beslist de rechter over de vergoeding van juridische kosten.
  24. Beide partijen kunnen conform het recht in beroep gaan bij het Gerechtshof.
  25. Indien een eigenaar de kosten van juridische bijstand niet kan betalen en zich daarvoor niet meer kan verzekeren, worden deze betaald door de Nederlandse Staat.
  26. De bouwkundigen, bouwkundige bedrijven en derden die voor een eigenaar werkzaamheden uitvoeren, mogen geen werkzaamheden uitvoeren voor de vermoedelijke veroorzaker, of bedrijven en bureaus die voor de vermoedelijke veroorzaker werkzaam zijn. Deze regel is actueel van toepassing en voor een periode van vijf jaar voorafgaand aan de inzet van de genoemde deskundigen en bedrijven.
  27. De bouwkundigen en de ingeschakelde derden hebben voldoende ervaring en de juiste opleidingen, zoals deze zijn geaccepteerd in het maatschappelijk verkeer inzake bouwwerken.
  28. De eigenaar van een gebouwd object kan zich laten vertegenwoordigen door een gemachtigde.
  29. De uitspraak van de rechtbank, dan wel het gerechtshof na hoger beroep, leidt binnen 30 dagen tot uitvoering van de uitspraak.
Dit schadeprotocol kan worden aangemerkt als de A t/m Z methode om de volledigheid, zuiverheid en onafhankelijkheid te symboliseren.

 

Meander

 

Artikel 6.177 Burgerlijk Wetboek: klik HIER.

Artikel 6.184 Burgerlijk Wetboek: klik HIER.

Geef een reactie